“JALOEZIE OP HET WERK IS JUIST
MEER EEN MANNENDING”
Met vijftig vrouwelijke en vijf mannelijke medewerkers kun je Livera met recht een vrouwenbedrijf noemen. De zaak wordt aangestuurd door directeur Ruud Jacobse, die door menig man met jaloezie wordt aangekeken. Wie wil immers geen zaak vol vrouwen en lingerie?
“Fijne stof, hè?” Jacobse laat een bh van het Livera-merk Femilet door zijn handen glijden. “Daar zetten we bij Livera op in: draagcomfort, kwaliteit, en nog mooi ook.” Jacobse kijkt trots naar de vele bh’s, kanten slips en satijnen nachtsetjes die in het Amersfoortse kantoor hangen. “Het zijn vooral anderen die het interessant vinden dat ik directeur van een vrouwenbedrijf ben. Tijdens feestjes is mijn baan het lievelingsonderwerp. Naarmate de avond vordert, worden de vragen steeds explicieter.”
Jacobse zelf haalt er zijn schouders over op. Hij staat inmiddels zes jaar aan het hoofd van het lingeriebedrijf en is daarnaast gelukkig getrouwd en vader van twee dochters. “Ik heb mijn leven helemaal aan vrouwen gewijd”, grapt hij. De lingerieman was eerder juist het type dat weinig vrouwelijke vriendinnen had. “Ik kom uit een mannengezin. Ook mijn carrière begon in een mannenwereld. Ik werkte een tijdje in de cafetariabranche en in de retail op Schiphol. Toen ik 27 was, kwam ik ineens terecht in een lingerieen linnengoedzaak, met alleen maar vrouwelijke werknemers. Dat is in deze branche natuurlijk inherent aan het vak.”
Tegenstellingen
Wordt er met zoveel dames op de werkvloer niet sneller kattiger tegen elkaar gedaan? “Totaal niet! Natuurlijk hebben we hier conflicten, maar die lossen we op door direct met elkaar te praten. Deze conflicten zijn niet anders dan op gemengde werkvloeren. En ja, soms is het te warm en dan weer te koud… soms is het nooit goed voor die meiden. Als eentje dan zegt ‘je vindt me zeker zeuren, hè?’, dan knik ik en dan lachen we er om.”
Ook over jaloezie, een thema dat vaak wordt gelinkt aan de vrouw, is Jacobse duidelijk: “Jaloezie op het werk is juist meer een mannending. Mannen azen vaak op elkaars plek. Hiërarchie wordt in dit bedrijf gewoon geaccepteerd, terwijl dat in een mannenbedrijf wel eens een ding kan zijn. Voor veel mannen is het uiteindelijk het belangrijkste hoeveel geld er onder de streep staat en dat ze op een positie komen die status heeft. Hun motivatie ligt anders dan bij vrouwen en dat merk je op de werkvloer.”
De vrouw van Jacobse werkt in een tegenovergestelde wereld: een bedrijf waar pompen worden gemaakt. “Op de honderd mannen werken er daar twee vrouwen. Zij is er een van. We spreken veel met elkaar over ons werk. De tegenstellingen zijn grappig en van haar verhalen leer ik ook. Zo heeft zij er een hekel aan als mannen haar bij een begroeting of felicitatie ongevraagd op haar wangen zoenen. Totaal begrijpelijk.” Zelf zegt Jacobse na zijn jaren ervaring in vrouwenbedrijven goed aan te voelen of iemand wel of geen behoefte heeft aan een hartelijke felicitatie of een arm over de schouder als er verdriet is. “Dat kan ik inmiddels aflezen. Dat hebben ze mij hier geleerd.”
“Op deze werkvloer zou er voor iedere man een hoop verleiding kunnen zijn, maar daar moet je tijdens je werk helemaal niet mee bezig zijn. Natuurlijk zie ik veel vrouwelijk schoon tijdens een presentatie van een nieuwe lijn. Dan denk ik: ‘wat een baan heb ik’, en app ik een fotootje naar m’n vrienden met als bijschrift ‘hard aan het werk’. Maar verder dan dat gaat het niet.
Taalgebruik
Jacobse merkte al snel de voordelen van als man aan het hoofd staan: je kunt makkelijker dingen zeggen dan dat vrouwen dat tegen vrouwen kunnen doen. “Als een vrouwelijke medewerker bijvoorbeeld niet zo vrolijk kijkt en je grappend ‘joh, lekker gezellig’ zegt, word je meestal begrepen en kan ze erom lachen. Als een vrouwelijke collega hetzelfde had gezegd, dan was dat veel eerder als kattig opgevat.”
Vrouwen zijn misschien wel fijnere werknemers dan mannen, denkt hij. “Dat verschilt natuurlijk per persoon, maar ik kan uit ervaring zeggen dat vrouwen vaak kritischer en ambitieuzer zijn en meer oog hebben voor detail.
Oh, en voor sfeer.” Hij gluurt even uit het raam naast zijn deur, die uitkijkt op de gang. Een paar vrouwen zijn druk in de weer met cadeautjes. “Dat is iets waar ik aan moest wennen: alles wordt gevierd. Vrouwen zijn zó attent. Iedere verjaardag wordt gevierd, en als iemand een kindje krijgt, zijn de kraammanden niet aan te slepen.”
Livera werkt momenteel aan een campagne met real women, een beweging waar Jacobse trots op is. Op zijn werkvloer wordt óók gepraat over graatmagere modellen en wat dat kan oproepen bij vrouwen. “We houden als lingeriemerk rekening met dit gevoel en blijven ver weg bij merken waar het vooral draait om seks en grote bhvullingen.” Zo nu en dan doen mannen hun beklag bij Jacobse over de vrouwen in zijn lingeriefolders, die hij expliciet niet laat poseren in uitdagende posities. “Dan zeg ik tegen zo’n kerel: ‘Dit merk is ook niet voor jou.’ Mannen weten ook heus wel dat dit is hoe een echte vrouw er uitziet. Ze wennen er maar aan.”
Tissues
Jacobse krijgt regelmatig de vraag of hij voorzichtiger moet zijn in leidinggeven. Hij wijst naar een doos tissues op zijn bureau. “Ik wil echt weten hoe het gaat met mijn werknemers, dat vraag ik ze geregeld. Soms komen er dan tranen.”
“Ik snap de vrouwenwereld inmiddels gelukkig een beetje. Ik heb twee dochters. De oudste voetbalt en ik train haar team. Dan is het toch wel fijn om te weten hoe meisjes werken.” In het dagelijks leven weet Jacobse vaak meer van lingerie dan vrouwen die hij tegenkomt. “Dan leg ik rustig uit dat een vrouw zich écht moet laten opmeten. En dat je als vrouw minstens vijf verschillende soorten bh’s nodig hebt. Een T-shirt-bh, strapless bh, sport-bh, eentje voor diepe decolletés… wat was die vijfde nou?” Jacobse kijkt paniekerig in het rond: “Nou ja, het is schrikbarend hoe weinig vrouwen weten over wat ze aantrekken. Ik weet natuurlijk waar en hoe de bh’s gemaakt worden, maar ook wanneer het past.” “Tja, en soms word je dan op een verjaardag uitgedaagd om de cupmaat van een vriendin te raden. Ik vind het onwijs leuk om over mijn werk te praten hoor”, hij pauzeert. “Maar op zo’n moment hoop ik toch dat er op weg naar zo’n feestje iets gebeurt bij de NS, zodat ik me eens tegen een andere baan aan kan bemoeien.”
Paul Slangen - High performing team-trainer
Wij ook! Ons team staat klaar om jouw kracht te ontdekken en te ontwikkelen om verder te komen!
Presteren door Samenwerken
Lagedijk 146-B
1544 BL Zaandijk